10139 verhuur (deel) steiger (ondergrond) en water bij steiger in het Tsjûkemar nabij Marwei 67 te Delfstrahuizen

Op basis van recente jurisprudentie van de Hoge Raad uit november 2021 en 2024 dient de provincie bij de uitgifte van onroerend goed een selectieprocedure te doorlopen om gelijke kansen te bieden aan geïnteresseerden. Een selectieprocedure kan echter achterwege blijven indien bij voorbaat vaststaat of redelijkerwijs mag worden aangenomen dat op grond van objectieve, toetsbare en redelijke criteria slechts één reële gegadigde in aanmerking komt voor de verhuur.

De provincie Fryslân is van mening dat er in dit geval sprake is van maar één serieuze gegadigde, zodat geen openbare selectieprocedure nodig is. 

Een deel van de ondergrond van de steiger en het water bij de steiger ligt in provinciaal water en grenst (uitsluitend) aan het perceel van huurder. De huurder wil de ondergrond van de steiger gaan inzetten voor het gebruik van de bestaande steiger. Daarnaast wil huurder het water bij de steiger eventueel gaan gebruiken voor het aanleggen van een eigen boot. 

De provincie is kortom van mening dat de huurder de enige serieuze gegadigde is voor het huren van onderhavige ondergrond/water. 

Iedere serieuze gegadigde die vindt dat hij ook voor een huurovereenkomst in aanmerking zou moeten komen, dient binnen 20 kalenderdagen na de datum van deze publicatie (25 april 2025 LC) een kort geding aanhangig te hebben gemaakt met betrekking tot deze zaak bij de rechtbank Noord-Nederland. 

Contactpersoon provincie Fryslân: 

Mevrouw A. Atsma, bereikbaar op 058 - 292 51 66 of a.atsma@fryslan.frl of via het secretariaat grondgebruik@fryslan.frl